Er zijn dagboeken uit de oorlog tevoorschijn gekomen van de doopsgezinde dominee Felix van der Wissel uit Leeuwarden. Hij predikte tegen geweld en bracht in het geheim Joodse kinderen onder bij Friese pleeggezinnen.

In een van zijn dagboeken is zelfs een anonieme brief gevonden van een kerkganger, lid van de NSB, die vond dat Van der Wissel moest ophouden met de oorlog te noemen in zijn preken. Anders zou hij hem laten arresteren, zo dreigde de briefschrijver.

Felix van der Wissel probeerde voor Joodse kinderen een onderduikplaats te vinden op het Friese platteland. Hij werkte samen met andere dominees en vroeg ook zijn gemeenteleden van de doopsgezinde kerk om hun verantwoordelijkheid te nemen. Veel van wat Van der Wissel in de oorlog gedaan heeft, was bij zijn kinderen en kleinkinderen niet bekend.

De waarschuwingsbrief van de NSB'er 

Kerstverhaal

In december 2019 was de kleinzoon van Felix van der Wissel, Joris van der Wissel, in de kerk in Leeuwarden. Daar hoorde hij van koster Appie Vellinga dat zijn opa 'een held' was geweest in de oorlog. De familie heeft toen de oorlogsdagboeken van opa opgezocht, om ze in de kerstvakantie te lezen.

Felix van der Wissel stond van 1937 tot 1957 op de kansel van de doopsgezinde kerk aan de Wirdumerdijk in Leeuwarden. De leden van deze kerk woonden in Leeuwarden en omgeving. Zo konden ze in de oorlog Joodse kinderen in veiligheid brengen bij pleeggezinnen op het platteland. Van der Wissel kreeg hierbij hulp van Krijn van der Helm, lid van de kerk en betrokken bij de LO (Landelijke Organisatie voor hulp aan onderduikers) en de Knokploeg van Leeuwarden.

Verslaggever Karen Bies sprak met de familie van Felix van der Wissel

Felix van der Wissel

Felix van der Wissel werd geboren in 1892 en begon op zijn 18e jaar eerst aan een studie medicijnen. Later studeerde hij theologie en werd predikant. Hij was overtuigd pacifist en nam stelling tegen iedere vorm van geweld. Zijn voorbeelden waren de Russische schrijver Tolstoj en de Indiase leider Gandhi.

Zijn vrouw, Bep Zeller, begon in hun huis aan de Emmakade een kinderkliniek voor kleine kinderen. In de winter van 1944-1945 werden er veel kinderen uit het westen van het land, slachtoffers van de hongerwinter, ondergebracht.

Baukje van der Wissel met de documenten

In de kronieken van Felix van der Wissel staat niet veel concreets over zijn geheime activiteiten. Het verbaast Baukje van der Wissel niet. "Zoals zoveel mensen in die tijd waren mijn grootouders heel voorzichtig met wat ze opschreven." Toch is er genoeg waardevols aan het licht gekomen, wat vertelt over wat de Van der Wissels gedaan hebben.

Er zitten krantenknipsels en brieven ingeplakt in de dagboeken. Bijvoorbeeld de anonieme dreigbrief van een van de kerkleden, maar ook een dankbrief uit doopsgezinde kringen van Menno Simonsz. "Bij U kwamen we nooit voor de dichte deur, 's morgens vroeg niet en 's avonds laat ook niet. Wanneer iemand bereid was ons te helpen, dan was U het wel."