Het drama van de Joodse kinderen Bram en Eva mag nooit vergeten worden. Dat zegt Germa Greving, directeur van het museum Het Pakhuis in Ermelo. Ze gaf zondag een lezing in het Historisch Centrum Leeuwarden. Bram en Eva zaten in Ermelo ondergedoken, hun ouders in Leeuwarden.
Er is op dit moment een tentoonstelling over Bram en Eva in Het Pakhuis in Ermelo. Bram en Eva zijn twee Joodse kinderen, die in de Tweede Wereldoorlog in Ermelo zaten ondergedoken, maar uiteindelijk zijn opgepakt en vermoord. "Ik hoop dat er veel jongeren ons komen bezoeken. Ze kunnen zien waartoe uitsluiting en discriminatie leidt", zegt Greving.
Familie Beem naar Potgiertersstraat
Als de oorlog uitbreekt, wordt al snel duidelijk wat de nazi's met de Joden van plan zijn. De Duitsers leggen de Joden verschillende beperkingen op. Ze mogen bijna niets meer in de openbare orde. "Ze moeten die druk en angst hebben gevoeld", zegt Greving. In november 1942 duikt familie Beem onder in Leeuwarden, aan de Potgieterstraat. "Maar de ruimte is eigenlijk te klein. Bovendien vinden de ouders het geen goede plek voor de kinderen en daarom gaan Bram en Eva naar Ermelo, waar ze buiten kunnen spelen en even later zelfs naar school gaan." De kinderen krijgen onderdak in Huize Vredestein in Ermelo.
Bram en Eva schrijven in Ermelo 61 brieven naar hun ouders in Leeuwarden. "Dat deden ze onder een schuilnaam, ze noemden zichzelf Jan en Lini de Witt, zogenaamd evacués uit het westen van het land. Bovendien stuurden ze de brieven niet naar mama en papa, maar naar oom en tante. Ze schreven over het dagelijkse leven, over het eten, hun hobby's. Alles wat kinderen in die leeftijd bezighoudt." In september 1943 gaan de twee in Ermelo naar school. "Dat vinden ze geweldig."
Op 1 februari 1944 gaat het mis. Twee agenten bellen 's avonds laat aan bij Huize Vredestein. "De mannen zijn keihard, een van hen trekt de broek van Bram naar beneden om te bewijzen dat hij besneden en dus Joods is. Heel vernederend. De beide kinderen moeten mee en komen uiteindelijk in het doorgangskamp Westerbork terecht."
Op 3 maart worden Bram en Eva op transport gezet naar Auschwitz, waar ze op 6 maart, direct na aankomst, worden vergast.
Als we lachen, dan doen we dat met ons gezicht en niet met ons hart.
De vader en moeder van Bram en Eva
Vader en moeder Beem worden pas na de bevrijding op de hoogte gebracht van de moord. "Je kunt je bijna niet voorstellen hoe groot die klap is geweest. 'Als we lachen, dan doen we dat met ons gezicht en niet met ons hart', zeggen ze vaak. De brieven van Bram en Eva bewaren ze." In de jaren 70 worden de brieven gevonden en nu zijn ze onderdeel van de tentoonstelling Bram en Eva in Ermelo.
Luister naar een interview met Germa Greving van museum Het Pakhuis: