Fryslân laat de bezetting niet zomaar gebeuren. Als veel mensen in 1943 verplicht in Duitsland moeten werken, breekt een werkstaking uit. Een keerpunt, want het maakt dat het verzet zich meer organiseert. Sommige mensen duiken onder, saboteren en doen er alles aan om tegenstand te bieden.
De stoffelijke overschotten van geëxecuteerde verzetsmensen worden weggebracht - Foto: Fries Verzetsmuseum
Als represaille voor sabotage aan het spoor wordt een groep leden van de Nederlandse Binnenlandse Strijdkrachten vastgezet in het Burmaniahuis in Leeuwarden. Op bevel van de Sicherheitsdienst moeten de twaalf verzetslieden met nog twee anderen geëxecuteerd worden tussen Dronryp en Franeker.
Een hoge prijs voor vrijheid
Bij Dronryp is de brug opgehaald en omdat er Engelse vliegtuigen rondzwerven, besluiten de Duitsers de executie meteen te doen. In groepjes van vier worden de gevangenen bij de brug naar beneden gehaald. Daar worden dertien man vermoord. De veertiende man is Gerard de Jong. Hij raakt gewond, maar houdt zich dood en kan daarna ontsnappen.
De stoffelijke overschotten blijven een dag tegen de walkant liggen. Daarna worden ze in een massagraf gelegd. Daar is geen publiek bij, omdat niemand verder weet dat er nog een veertiende man is die het heeft overleefd. Een week later komt de bevrijding. De slachtoffers worden daarna opnieuw begraven, onder grote belangstelling. Met de jonge levens is, vlak voor de bevrijding, een hoge prijs betaald voor de vrijheid.
De afvoerploeg van de bekende verzetsdaad 'De Overval' - Foto: Tresoar (Fries Fotoarchief)
Een foto die hoort bij een van de meest bekende Friese verzetsdaden in de oorlog, waar al zeer veel over geschreven is. Op 8 december 1944 kunnen 51 verzetsmensen worden bevrijd uit de gevangenis in Leeuwarden, de Blokhuispoort. De afvoerploeg op de foto zorgt ervoor dat alle mensen een veilig onderdak krijgen. Het is een spectaculaire ontsnapping, zonder dat er ook maar één schot wordt gelost.
Circus Giezen op het Zaailand in 1943 - Foto: Foto: W. ten Have (Historisch Centrum Leeuwarden)
Op deze foto staat circus Giezen op het Zaailand, dat onbedoeld heeft meegeholpen aan een verzetsactie. In 1943 moeten burgemeesters naamlijsten opstellen van mannen die in Duitsland moeten werken. Die lijsten liggen bij de arbeidsbureau's en in Leeuwarden worden ze iedere avond opgeborgen bij het Sicherheidsdienst-hoofdkwartier in het Old Burger Weeshuis aan het Zaailand. Vanaf het hulpkantoor van het gewestelijk arbeidsbureau (aan de rechterkant) moeten de kaartenbakken steeds weer naar het SD-hoofdkwartier.
De circustent biedt een kans. De 20-jarige Gaele Postma werkt op het arbeidsbureau, het verzet vraagt hem te helpen. Postma vertelt de agenten bij het bureau dat hij een telefoontje gekregen heeft: de SD eist alle naamlijsten op. Ze worden in een auto ingeladen waar twee mannen van de Marechaussee in zitten. Wat men niet weet is dat dit twee verzetsmannen in uniform zijn en dat de kaartbakken gestolen worden. De jonge Gaele duikt onder en overleeft de oorlog. De SD heeft niets in de gaten, omdat het circus het zicht ontneemt.
Onderduikers in een hut in De Mieden aan het Berltsumer Wiid bij Ried - Foto: Foto: J. van Kampen (Tresoar, Fries Fotoarchief)
Onderduikers in een hut in De Mieden aan het Berltsumer Wiid, noordelijk van Ried. Berend Stelpstra uit Tzummarum, Sjouke van Dijk uit Vrouwenparochie, Roel Dijkstra en (Harm?) van Steinvoorn uit Tzummarum, Piet van der Laan uit Leeuwarden en een onbekende. De mannen voelden zich kennelijk veilig, ver van de bewoonde wereld. 'Leve de vrijheid,' staat op het hok.
De afluisterploeg: Lo van der Werf, Lykle van Dijk, Eeuwke Koopmans, Fokke Sierksma en Teake Kuipers - Foto: Historisch Centrum Leeuwarden
De Luisterpost
Aan het einde van de oorlog verhuist de Sicherheitsdienst in Leeuwarden naar het Burmaniahuis aan de Nieuwstad. Daar moeten nieuwe telefoonverbindingen worden aangelegd. Technici van de PTT lukt het om afluistermicrofoontjes aan te brengen in de telefoontoestellen. Die lijnen worden afgetapt en naar een luisterpost doorgestuurd achter een boekhandel aan de Nieuwe Oosterstraat.
In ploegen luistert een groep mee naar wat er gebeurt. Vanaf eind februari tot een week voor de bevrijding kan het verzet de verhoren van de SD afluisteren. Zij voorkomen daarmee nieuwe arrestaties. Als de SD'ers een onderduikadres ontfutselen, dan wordt dat gauw doorgegeven aan een koerierster die op de fiets naar het adres gaat om de mensen (vaak nog net op tijd) te waarschuwen. Door het werk van de luisterpost zijn er talloze levens gered.
Een smoesje van een Leeuwarder huisarts - Foto: Foto: G.H. van Kampen (Historisch Centrum Leeuwarden)
In de tijd van de bezetting worden in Nederland naar Duits voorbeeld 'kamers' ingericht, een soort beroepsverenigingen. In 1942 moeten ook de medici in zo'n kamer, maar het grootste deel van de huisartsen heeft daar geen zin in. Sommigen plakken het woord 'arts' op hun naambordjes af met verf of plakband. Op deze foto is dat wat subtieler gedaan.